De mystiek van het Tibetaans Boeddhisme - Camelot magazine

CAMELOT MAGAZINE
Ga naar de inhoud

DE MYSTIEK VAN HET

TIBETAANS BOEDDHISME

Lama Govinda op 75-jarige leeftijd


Gesprek met Lama Anagarika Govinda (1898 – 1984)

Hij heeft het over 'de wijsheid van de grote spiegel' en 'trantra, het ingeweven zijn in en door alle dingen'. Uitspraken van Lama Anagarika Govinda. De 75-jarige, één meter zestig lange man, trok al jong naar India waar hij een leerstoel verkreeg aan de Tagore-Universiteit. Hij maakte een diepgaande studie van het boeddhisme, bezocht het oude Tibet herhaalde malen en was een der weinige Europeanen die twee achtereenvolgende jaren, van 1947- 1949, in Centraal- en West-Tibet woonde toen het land nog niet door de Chinezen bezet was. Hij deed dat samen met zijn vrouw Li Gotami - een Parsi uit Bombay. Tijdens deze expeditie ontmoetten Govinda en Li Gotami de Tibetaan Ajo Repa Rinpoche, die hen inwijdde in de Kagyüpa-school van het Tibetaans boeddhisme.
Daarna vestigde Govinda zich in Almora, het Indiase gedeelte van de Himalaya. Vanaf september 1971 trok hij door Amerika en Canada en dit jaar - 1972 - maakt hij een rondreis door Europa waar Alexandra Gabrielli in augustus 1972 een gesprek met hem had in het ‘Haus der Stille’ in Roseburg (bij Hamburg), Duitsland. Lama Govinda gaf daar workshops in o.a. meditatie aan leerlingen van de door hem opgerichte orde Arya Maitreya Mandala.

Het gesprek vond plaats in 1972

Lama Govinda: “Meditatie is een natuurlijke neiging van de mens. De mensheid is vandaag doorgedrongen tot de periferie van de geest. We organïseren ruimtereizen. Het doel van deze reizen ligt steeds verder weg, maar wij zullen nooit iets wezenlijks bereiken. Het zou beter zijn als wij onze innerlijk heelal gingen ontdekken want dan zouden wij ons eigen centrum kunnen vinden. Als wij dat centrum niet vinden, heeft het leven nauwelijks nog zin. De mens voelt zich dan verlaten en ,gebroken'. We zien om ons heen dat velen zo'n toestand bereikt hebben.
 
U vindt het misschien vreemd, maar sedert de splitsing van het atoom komt schizofrenie op groter schaal voor dan ooit tevoren. De menselijke geest begint zich op te splitsen. Naties worden verdeeld. Neem de beide Duitslanden, de twee India's: India en Pakistan, Noord- en Zuid-Vietnam, Noord- en Zuid-Korea. Ik beweer niet dat hier verband tussen bestaat, maar ik merk slechts de parallel op. Wij hebben de natuur geweld aan gedaan en dat geweld komt op onszelf terug. Het is hard nodig dat de mens leert in zichzelf te kijken. Meditatie is de overgangsfase tussen de gewoonte naar buiten te kijken en de gewoonte naar binnen te kijken. Er bestaat een groot aantal van elkaar verschillende methodes om die ,ommekeer' te bereiken. Er zijn meditaties die gebaseerd zijn op de contemplatie van ideeën, er zijn er die gericht zijn op volledige rust van de gedachten, en er zijn er die gebaseerd zijn op visualisaties. De Tibetaanse methode bestaat uit het oproepen van archetypische vormen of archetypische symbolen. Het is een methode die nergens anders ter wereld dan in Tibet geprobeerd is en waarmee zinvolle resultaten zijn bereikt. Het verschil tussen archetypische symbolen en door de mens gecreëerde symbolen is dat de archetypische corresponderen met de structuur van de menselijke psyche. Zij zijn niet kunstmatig gecreëerd.
 
Symbolen die door de mens kunstmatig zijn gevormd, hebben slechts een kort bestaan en dan nog onder beperkte omstandigheden. Archetypische symbolen komen overal in de menselijke samenleving voor en in elke cultuur. Het gaat er nu om welke van deze archetypen gevonden kunnen worden in de Tibetaanse traditie. Met andere woorden, we kunnen niet zo maar de Tibetaanse traditie overnemen, maar we kunnen er wel van leren welke archetypen en symbolen nuttig voor ons kunnen zijn in onze meditaties.
 
We kennen allemaal de psychoanalyse. Er bestaat echter nog een andere richting in de psychologie, die van de psychosynthese. De psychosynthese kan niet alleen maar individueel zijn. In dit psychologische systeem treedt een ‘geleide’ imaginatie op. Dit ‘leidende’ principe is bij de Tibetanen nu de traditie. De traditie geeft leiding. Traditie komt van trans-dare = doorgeven, overleveren. Er moet een leidend principe zijn, opdat het individu niet vervalt in dagdromen. Het is belangrijk dat de creatieve faculteiten in de mens ontwaken. Creatief wil zeggen: het onderbewustzijn aanboren.
De Tibetanen noemen dit onderbewustzijn of onbewuste het universele bewustzijn waarin alles in verschijning treedt. (C.G Jung schijnt eens aan een van zijn collega’s gevraagd te hebben een ander woord voor collectief onderbewustzijn te vinden, daar hij zelf het woord niet vond voldoen). We begrijpen nu ook meer waarom de Tibetaan voor zijn tradities zo’n respect heeft. Hij zegt dat de wereld waarin wij leven de totaliteit van het verleden is.

 
Links: Lama Govinda en zijn vrouw Li Gotami in 1970 in de VS. Rechts: Lama Govinda in zijn werkkamer


Het is bekend dat bij het mediteren allerlei ‘duistere’ machten de mens proberen te intimideren. Angsten bevangen hem en proberen een weerzin tegen het leven te bewerkstelligen. Niet voor niets staan er afschuwwekkende beelden in de Tibetaanse kloosters. Zij staan er geenszins om de mens af te schrikken. Ze staan er om de mens vertrouwd te maken met de donkere machten opdat wij ze kunnen herkennen en erkennen. Het gaat erom dat wij een plaats in ons bewustzijn inruimen voor deze duisterheden, ze ín onze ervaringswereld opnemen en ordenen en ze als een noodzakelijk deel van de werkelijkheid accepteren. De duisterheden hebben alleen zo lang macht over ons zolang wij hen vrezen. We moeten beseffen dat ze slechts verschijningsvormen zijn en dat ze geen wezenlijke destructieve greep op het eigen Zelf van de mens hebben. De boeddhistische visie van de wereld is aldus: de wereld is dat wat jij zelf ontwaart, waarneemt in de wereld. De wereld die je ervaart is de wereld waarin je leeft. Je eigen houding in de wereld verandert je wereld".
 
Dat is het terrein van ons bewustzijn

Lama Govinda: "Ons bewustzijn is een levende stroom, wiens natuur de beweging is. Het bewustzijn is niet in een tonnetje te vangen. Het bewustzijn is een centrale factor waaruit alle dingen komen. Zonder bewustzijn zouden wij geen idee hebben van ons bestaan en de ons omringende wereld. Of de wereld waarin wij leven slechts een projectie van ons eigen bewustzijn is of iets dat op zichzelf bestaat, is maar van geringe betekenis. Het verandert niets aan het feit dat ons bewustzijn op grond van zijn kwaliteiten van waarneming en coördinatie de soort wereld bepaalt waarin wij leven".


Woonhuis van Lama Govinda in Almora, Himalaya, geschilderd door Li Gotami


Nu komen we eigenlijk vanzelf bij het tantrisme

Lama Govinda: "Het onbegrip en de waandenkbeelden die er bestaan over tantra zijn niet te overzien. Eerst moeten wij het hindoeïstische en het boeddhistische tantrisme onderscheiden. De hindoe legt de nadruk op het machtsaspect, uitgedrukt in de term shakti. De boeddhist legt de nadruk op het prajna-aspect, dat beduidt kennis, begrip. Het is een fundamenteel verschil. Velen denken, en u weet dat zelf ook wel, dat tantra hoofdzakelijk een seksuele aangelegenheid is. Dat is complete nonsens. De tantra werd in Tibet voornamelijk gepraktiseerd in kloosters waar het celibaat voorgeschreven was. Het seksuele kwam hier helemaal niet aan te pas".
 
Wat wordt bedoeld met het woord tantra?

Lama Govinda: "Het heeft te maken met ‘weven’, het ingeweven zijn in en door alle dingen. In het grote universele web dat bestaat uit door elkaar geweven dingen, krachten en toestanden is elk individu eigenlijk het trefpunt van vele soorten krachten. Het betekent tevens dat elk individu een deeltje is van het brandpunt van alle universele krachten. In tantra behoren alle niveaus van bestaan, leven, geharmoniseerd te worden. Dus: intellectueel, emotioneel, seksueel, alles. Het zou beter zijn als wij een menselijk wezen niet scheidden in allerlei gepolariseerde kwaliteiten. In ons geestelijk leven moet ons dagelijks leven besloten liggen. Dat betekent dat ook onze seksuele functies gezien moeten worden in een universele context. Zij vertegenwoordigen een deel van de universele polariteit, die zich toont in elke kracht en elke ervaring. Het menselijk bewustzijn is geconcentreerd in verschillende chakra’s. De chakra’s dienen niet geïdentificeerd te worden met enorme krachtcentrales zoals sommigen beweren. Zij zijn in werkelijkheid verschillende dimensies van ons bewustzijn. Deze verschillende dimensies van bewustzijn trachten wij te ervaren tijdens de meditatie. Als wij een universeel niveau bereiken moeten wij weer afdalen tot een lager niveau, of liever we moeten alle faculteiten van het bewustzijn in het geheel insluiten. Ik wil hier nog bij opmerken om de tantra wat duidelijker te maken dat individualiteit niet alleen een noodzakelijk en complementair tegendeel is van universaliteit, maar het brandpunt waardoor alleen universaliteit beleefd kan worden. Eerst moet de individualiteit verwerkelijkt worden alvorens wij de universaliteit ervaren kunnen. De wereld kan zich ook alleen bewust worden als zij zich in het individuele bewustzijn herkent en dat begriipt. Dat is de zin van elke individualiteit. Dat er individualiteit bestaat in de wereld moet een diepere zin hebben. Dat wij deze zin niet altijd kunnen vinden wil nog niet zeggen dat deze er niet is. De eeenheid van het leven drukt tevens de verscheidenheid daarvan uit. De eenheid krijgt pas zin door de differentiëring en de verscheidenheid. Eerst als wij de verscheidenheid kennen, kunnen wij tolerant worden en zullen wij zien dat bijvoorbeeld het dualisme lichaam-geest niet meer vol te houden is.
Het lichaam is een deel van ons bewustzijn. Het lichaam is niet iets verschillends van de geest, maar het is een creatie van die geest. Anders gezegd: het lichaam is een kristallisatie van de geest. Tijdens het menselijk groeiproces vormt het bewustzijn het lichaam.
Er is geen scheiding tussen lichaam en geest, maar het lichaam is de vorm waarin de geest zich uitdrukt. Als wij deze relatie begrijpen kunnen wij ons lichaam inschakelen in het proces van meditatie".
 

Het kamp in Thusungse tijdens een expeditie naar Tibet, geschilderd door Li Gotami


Wat is materie?

Lama Govinda: "Materie is slechts een andere vorm van energie. Alles wat in vorm verschijnt is de uitdrukking van een bepaald proces, van een bepaalde energie. En de grootste energie waarvan wij ons bewust zijn, de enige waarvan wij ons werkelijk bewust zijn, is ons eigen bewustzijn. Ons eigen bewustzijn is het middelpunt. Ons lichaam moet - en dat hebben velen al beweerd, waaronder Hermes Trismegistos  - een microkosmos zijn. De Tibetaan drukt het zo uit: de gezamenlijke totaliteit van het universum is ons lichaam. Een ander mysterie is dat van de rede. Daarbij denken aan een intellectuele uiting is eigenlijk niet goed. De rede bestaat uit symbolische uitingen. De rede maakt ons tot mensen. Zonder de rede kunnen wij niet denken. De rede sluit het denkvermogen in, het begrijpen en het verstaan. Het denken onderscheidt ons van de dieren. Een dier heeft scherpere zintuigen en diepere emoties dan wij, maar bezit niet het vermogen tot overwegen".

Wat is geest?

Lama Govinda: "De geest heeft niets met het verstand te maken. Je kunt het zo uitdrukken: denken met het hart. Je ziet, dat is wat anders dan het gewone denken. Ons bewustziin kent een centrum vanwaaruit het bewustzijn wordt geharmoniseerd. Een geestelijk mens verschilt van een bewust mens, d.w.z. een geestelijk mens is hij wiens bewustzijn een innerlijk centrum gevonden heeft van harmonie. En het bewustzijn is een eigenschap die rust in de totaliteit van het leven. De werkelijkheid van de ínnerlijke en uiterlíjke wereld is verwisselbaar en het ligt aan de mens zelf in welke wereld hij wil leven: wil je de slaaf van de ene of de meester van de andere zijn? Het is een illusie te geloven dat er een ‘wij' en een ‘wereld’ bestaan.

Ik ken een Tibetaans beeld dat de ‘wijsheid van de grote spiegel’ uitdrukt. Het voorwerp dat weerspiegeld wordt in de spiegel bestaat noch in de spiegel, noch buiten de spiegel. Dit beeld wil zeggen dat onze innerlijke houding  zich moet uiten in onze uiterlijke houding. Het betekent ook dat wij ‘er zijn’."

Wat stelt de mandala voor?

Lama Govinda: "Sinds de onderzoekingen van C.G. Jung is de mandala in de belangstelling gekomen in het Westen. De mandala stelt de totaliteit van het bewustzijn voor. Vaak vergelijk ik een mandala met een landkaart. Als een kind naar een landkaart kijkt ziet hij kleurrijke vlakken en lijnen. Volwassenen die zo’n kaart willen lezen behoren te weten wat elke kleur en elke lijn betekent. Een mandala (=  lett. cirkel) is eigenlijk een gids die ons leidt door een onbekend land. Een Tibetaanse monnik leest een mandala zoals wij een landkaart. Bij een mandala is de onderkant het oosten, boven het westen, links het zuiden en rechts het noorden. Dit is niet willekeurig gekozen. Het meditatieproces volgt de richting van de zon. De beginneling begint bij het begin: het oosten, de plaats waar de zon opkomt. Het eindpunt ligt in het westen. Een stoepa of tschorten in het Tibetaans is een driedimensionale mandala. De moedra’s (= gebaren der handen) stellen de innerlijke houding van de mediterende voor".
 
Nu rest ons nog de mantra, een belangrijk onderdeel van de meditatie

Lama Govinda: "Een mantra is een gesproken oerklank. Het is dat wat aan de taal voorafgaat. Door de taal zelf is het eigenlijk niet uit te leggen. In het Westen heeft de mantra zich alleen nog gehandhaafd in de dichtkunst. We kunnen zelf nagaan hoe de tekst van een stuk proza in een gedicht een heel andere werking heeft. We voelen dat sommige gedichten veel indruk op ons maken en we weten eigenlijk niet waaraan dat ligt. Niet alleen de inhoud treft ons, maar ook de klank, het ritme en de associatie. Klank, ritme en associatie zijn de drie wezenlijke elementen. Deze drie elementen vinden we ook bij de mantrische wetenschap. Ik spreek hier van wetenschap, want het gaat hier niet om zo maar een willekeurige klankvorming of -schepping, maar het gaat om iets dat uit de diepte van de mens opstiigt voordat het in het denken overgaat. In het woord mantra is de stam: man =  denken (in het Grieks menos, in het Latijn mens). Tra = werktuig. Dus mantra is een ‘werktuig om te denken’, ‘iets dat een mentaal beeld creëert’.
 
Mantra is kracht en dat wat de mantra uitdrukt bestaat. Mantra’s zijn daden, onmiddellijke handelingen. De woorden van een dichter creëren een werkelijkheid, roepen iets tevoorschijn en onthullen iets wezenlijks. Zijn woord spreekt niet - zijn woord handelt!
Mantra's hebben geen enkele werking, wanneer zij niet ook een innerlijke verbinding met onszelf hebben.
 
We hebben rnantra’s die alleen een oerklank vormen en we hebben mantra”s die associaties met bijvoorbeeld een beeld of symbool hebben. Bij de oerklanken drukken zij iets onmiddellijk (zonder middel) uit. In het Westen, en ook wel in het Oosten, kennen wij niet meer de werkelijke betekenis en de innerlijke samenhang van de woorden. Het is nodig dat wij weer teruggaan naar de betekenis van een enkel woord. In de muziek kennen we warme en koude klanken en wordt een beroep gedaan op onze emoties. De Tibetaanse liturgie heeft hoofdzakelijk een mantrisch karakter. Om is een mantrische oerklank. Met deze klank wordt de liturgie begonnen en de zanger probeert rnet zijn bas-stem de oerklank na te bootsen.


Toegang naar de stad van het Maankasteel, de weg door de canyons in de omgeving van Tholing, geschilderd door Lama Govinda

In deze oerklank, Om, wordt de oneindigheid van de kosmos ervaren. De trommels representeren de oneindigheid van het leven. De melodie speelt de rol van het individuele leven met al zijn humeuren en stemmingen. Elke klank wordt ook met een kleur (kleuren zijn de levende taal van het licht) in verband gebracht, en met een beeld. Velen kunnen keurig de mantra Om Mani Padme Hum opdreunen. Welnu, Mani betekent juweel. Padme betekent lotus. Deze twee woorden zijn symbolische woorden. Een symbolisch woord heeft meer dan één betekenis. Een symbool kent verschillende dimensies, m.a.w. heeft verschillende betekenissen op verschillende ervaringsniveaus. De lotus is een wijdverbreid symbool. Je komt hem overal tegen: in het oude Egypte, in Zuid-Amerika, in wapens (vaak een lelie), in India, in Tibet, enz. De Bodhisattvas en heiligen van Tibet worden meestal voorgesteld zittend op een lotusbloem. Hier betekent de lotusbloem de ontplooiing, ontwikkeling van het bewustzijn tot zijn volledigheid. Ook betekent het de ontwikkeling van de wereld. De lotus heeft zijn steel in het water en water wordt vaak als symbool van het bewustzijn gezien. Letterlijk betekent nu Om Mai Padme Hum: Het Juweel is in de Lotus. Dit wil aanduiden dat de mens twee soorten krachten heeft: solaire en lunaire, Yang- en Yin-krachten, die wijzen op het geestelijke en vitale aspect in de mens. Ons zenuw- en bloedvatenstelsel kunnen we ook als twee polaire toestanden zien. Het doel van de meditatie is dat deze twee krachten integreren, samenkomen. Het juweel stelt de geestelijke integratie voor, de verlichting en die moet verwezenlijkt worden in de lotus, het hart. De woorden Om, Mani en Padme corresponderen met de drie chakra’s die voorgesteld worden als lotussen. In dit geval het hart, de keel en het hoofd. Deze mantra, waar ik een heel boek over geschreven heb, is gewijd aan de Bodhisattva Avalokitesvara. Avalokitesvara maakt een beweging met zijn handen die hij voor zijn hart houdt, het gebaar dat hij maakt drukt een draaiend wiel uit.
 
Ik wil er nog dit aan toevoegen: een mantra zomaar opdreunen heeft geen enkele zin. Ten eerste moet de mantra op de juiste manier uitgesproken worden. Het allerbelangrijkst is de innerlijke houding die men daarbij aanneemt. Wanneer men de juiste innerlijke houding heeft, kan een eenheid bewerkstelligd worden. En dan werkt het mantra ook, in de meditatie".
 
 
TIBET
 
De liefde die lama Govinda koestert voor de verdwenen wereld van Tibet uit hij in zijn boeken en gesprekken. Met droefenis kan hij vertellen over Tibet, maar ook met grote vreugde. Hij is zich ervan bewust dat Tibet een magische klank bezit voor veel jonge mensen in het Westen. Zijn verklaring daarvoor is dat de jeugd een nieuw bewustzijn wil, nieuwe ervaringen. En Tibet is het enige land dat nog iets bewaard heeft van oude mysteriën, die in andere delen van Azië nauwelijks rneer te vinden zijn. Tibet is een land dat zijn tradities nog lang behouden heeft. De geografische ontoegankelijkheid was een waarborg voor het behoud van een erfenis: het spirituele en religieuze leven waaruit zich een psychologische kennis van de mens ontwikkelde die onze huidige moderne psychologie ver voorbij streeft.
 
De toenemende belangstelling voor meditatie is ook een van de oorzaken dat velen de Tibetaanse technieken bestuderen, want Tibet heeft een duizendjarige ervaring op dit gebied. Ononderbroken bloeide Tibet gedurende een millennium. Tot onze tijd, 1950, toen het Chinese leger Tibet binnenviel. De Tibetanen ondertekenden in 1951 onder dwang een akkoord waarmee de Tibetaanse overheid
officieel de suzereiniteit van China erkende. Na de annexatie in 1959 verliet de Dalai Lama, de geestelijk en politiek leider van Tibet, het land om zich te vestigen in India. De Tibetanen is sindsdien hun meest fundamentele vrijheden ontzegd. De Chinezen verbieden elke religieuze activiteit, tradities worden weggewist. Direct na de inval vernietigde het leger eeuwenoude kloosters, tempels en kunstvoorwerpen.

Tibet heeft geen poging nagelaten de menselijke geest te onderzoeken. Het maakte het leven ondergeschikt aan een kosmische visie die zowel het materiële als het spirituele aspect van de mens en zijn wereld omvat, geleid door een creatieve fantasie. Het was een visie die gebaseerd was op de eenheid van het leven, de universaliteit van het bewustzijn.
 
Lama Govinda bracht twee achtereenvolgende jaren door in Centraal en West Tibet. Hij werd vergezeld van zijn vrouw Li Gotami. Zij waren pas getrouwd en de expeditie, van 1947 tot 1949, was eigenlijk hun huwelijksreis.

Li Gotami, een Parsi uit Bombay, leerde Lama Govinda kennen op de Tagore-Universiteit in India. Lama Govinda gaf les op deze universiteit in filosofie, archeologie en talen. Li Gotami was reeds toen een bekend schilderes en fotografe. De combinatie van hun beider kwaliteiten zou hun de komende moeilijke jaren meer dan eens grote diensten bewijzen. Vele foto’s werden gemaakt, meestal onder barre weersomstandigheden. Li Gotami’s moderne fototoestel bleek niet te functioneren op de grote hoogte van Tibets bergen in de bittere kou. Zij moest het doen met een eenvoudige Kodak nr. 3 camera, zonder flitslicht en zonder lichtmeter. Het voornaamste doel van de laatste expeditie van beiden was de ruïne van de stad Tsaparang, de oude hoofdstad van het koninkrijk Guge in het westelijk deel van Tibet van de elfde eeuw tot de zestiende eeuw waarna Lhasa wederom het centrum van het Tibetaanse culturele en religieuze leven werd. West-Tibet was in die tijd een boeddhistisch centrum. Daar bereikte de Tibetaanse kunst ook zijn climax en werden de voornaamste boeddhistische teksten uit het Sanskriet in het klassieke Tibetaans vertaald. De elfde eeuw was de gouden eeuw van Tibet.


Lama Anagarika Govinda beschrijft zijn belevenissen in het boek The Way of the White Clouds, gepubliceerd in 1966 bij uitgeverij Hutchinson & Co. Ltd. in Londen. Hij vertaalde het boek zelf in het Duits, Der Weg der weissen Wolken, uitgegeven door Raschei Verlag, Basel en Stuttgart in 1969. De Nederlandse vertaling verscheen in 1978, De weg der witte wolken, bij Zuidgroep uitgeverij. Het boek is geïllustreerd met foto’s.
Andere boeken door Lama Govinda geschreven:
Grundlagen Tibetíscher Mystik, 1966. In het Engels: Foundations of Tibetan Mysticism, 1969
Die psychologische Haltung der Frühbuddhistischen Philosophie, 1962
Mandala, 1961










© 2019-2024 Alexandra Gabrielli
Terug naar de inhoud